De Jehovah's Getuigen: Sterke God en eeuwige Vader



Inleiding

Deze studie gaat over Jes. 9 : 5 en 6. In het kader van de HSV is er al een studie over deze verzen op de site aanwezig. Jes. 9 : 5 noemt het Kind, dat geboren zou worden, onder andere “Sterke God” en “Vader der eeuwigheid”. De HSV geeft de Heere Jezus in Micha 5 : 1 een oorsprong, en dat terwijl Hij “eeuwig” is. Hij heeft geen begin en geen eind! De HSV ontneemt op diverse plaatsen de Heere Jezus Zijn aanbidding. Op diverse plaatsen is “aanbidden” vervangen door “zich buigen voor”. "Aanbidden” houdt echter veel meer in dan een “zich buigen voor”! En tevens schrijft de commissie HSV in de toelichting bij het “hertaalwerk” dat Jezus Christus niet identiek is met licht en leven, terwijl de Heere Jezus zegt dat Hij Het Licht en Het Leven is! Opnieuw staan we stil bij deze verzen, alleen nu vanuit een andere invalshoek.

Ik las op internet een studie over de Heere Jezus, en daarin wordt het volgende gezegd:

“Overal in de wereld hebben mensen wel van Jezus Christus gehoord, ook al leefde hij ongeveer tweeduizend jaar geleden op aarde. Toch weten velen niet goed wie Jezus echt was. Sommigen zeggen dat hij gewoon een goed mens was. Anderen beweren dat hij een profeet was, maar niet meer dan dat. Weer anderen geloven dat Jezus God is en aanbeden moet worden. Klopt dat?  (…) Is de eerstgeboren Zoon gelijk aan God, zoals sommige mensen geloven? Dat is niet wat de bijbel leert. Zoals we in de vorige paragraaf hebben gezien, is de Zoon geschapen. Het is dus duidelijk dat hij een begin heeft gehad, terwijl Jehovah God geen begin en geen eind heeft (Psalm 90:2). De eniggeboren Zoon heeft zelfs nooit gelijk aan zijn Vader willen zijn. De bijbel leert duidelijk dat de Vader groter is dan de Zoon (Johannes 14:28; 1 Korinthiërs 11:3). Alleen Jehovah is „God de Almachtige” (Genesis 17:1). Niemand is dus aan hem gelijk” [1].


Jezus: een schepsel van God?

Dit citaat is afkomstig uit een studie van de site: ‘Watchtower, Officiële website van Jehovah’s Getuigen’. De Jehovah’s Getuigen geloven klaarblijkelijk niet dat Jezus Christus God was en is. Zij zeggen dat Jezus Christus een schepsel van God is van voor de grondlegging van de wereld. En één van de teksten die zij daarvoor gebruiken is Micha 5 : 1 [2]! Daar staat in de “bijbel” van de Jehovah’s Getuigen het volgende:

“En gij, o Be̱thlehem E̱fratha, die te klein zijt om onder de duizenden van Ju̱da [gerekend] te worden, uit u zal mij voortkomen degene die heerser in I̱sraël zal worden, wiens oorsprong is uit oude tijden, uit de dagen van onbepaalde tijd” [3].

Hier zien we hoe ook de “bijbel” van de Jehovah’s Getuigen aangepast is, om de Heere Jezus een oorsprong te geven! De Jehovah’s Getuigen hebben namelijk een eigen vertaling: de ‘Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift’ (NWT). Maar dan beseffen we meteen hoe desastreus de aanpassing in de HSV is…! Deze tekst wordt als basis gebruikt om te verklaren dat Jezus Christus niet God is!


Hoe redeneert het Wachttoren Genootschap?

In een andere studie over de vraag of Jezus God is lezen we:

“Sommigen beargumenteren dat Jezus niet gewoon de Zoon van God is, maar dat hij God Zelf is. Zij zeggen dat hij en zijn Vader beide de Almachtige God zijn. Hebben zij gelijk? Is Jezus op de één of andere manier een deel van God? Is dat hetgeen wat Jezus of één van de Bijbelschrijvers heeft gezegd?” [4]

En daaropvolgend wordt dan onder andere het volgende uiteengezet:

“Hij [Jezus] wijst naar Gods superieure positie, wanneer hij verder gaat: “En nu, Vader, verheerlijk mij naast uzelf met de heerlijkheid die ik naast u had voordat de wereld was.” (Joh. 17 : 5) Jezus bad tot God met het verzoek om naast God te zijn, hoe kon Jezus tegelijkertijd de “enige ware God” zijn? (…) Jezus’ discipel Stephanus werd gedood door zijn religieuze vervolgers. Op het moment dat zij hem wilden stenigen, kreeg Stephanus een visioen. Hij zei: “Ziet! Ik zie de hemelen geopend en de Zoon des mensen aan Gods rechterhand staan” (Hand. 7 : 56). Jezus, “de Zoon des mensen”, werd door Stephanus gezien in een ondersteunende rol ten opzichte van God in de hemel – net zo als hij “naast God” was, voordat hij naar de aarde kwam. (…) Johannes kreeg ook een hemels visioen, waarin hij “het Lam” zag, die in zijn Evangelie geïdentificeerd wordt als Jezus (Joh. 1 : 29). Het Lam staat met 144.000 anderen, van wie Johannes zegt: “die van de aarde zijn gekocht” (of opgewekt). Johannes legt uit dat de 144.000 “zijn naam (van het Lam) en de naam van zijn Vader op hun voorhoofd geschreven droegen” (Openb. 14 : 1, 3). Kan “het Lam” dezelfde zijn als “zijn Vader”? Klaarblijkelijk niet. In de Bijbel zijn zij onderscheiden. Zij hebben zelfs andere namen. (…) Dat God goter is dan Jezus, leerde Jezus zelf, toen hij zei: “de Vader is groter dan ik” (Joh. 14 : 28)” [5].

En zo worden een heleboel verzen aangehaald om te laten zien dat Jezus anders is dan de Vader, en waaruit de conclusie getrokken wordt dat Jezus en de Vader niet Dezelfde kunnen zijn. En zo zegt men dus, dat er vele goden zijn, maar dat er maar één Almachtige God is. Hierbij moeten we wel opletten, want de zojuist geciteerde verzen komen uit de ‘Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift’! En die verzen luiden soms toch echt wel anders! Zo werd Joh. 17 : 5 geciteerd, waar staat: “En nu, Vader, verheerlijk mij naast uzelf met de heerlijkheid die ik naast u had voordat de wereld was”. Echter wanneer we dit vers in de Statenvertaling opzoeken, dan lezen we: “En nu verheerlijk Mij, Gij Vader, bij Uzelf, met de heerlijkheid, die Ik bij U had, eer de wereld was”. En de King James 1611 zegt: “And now, O Father, glorify thou me with thine own self with the glory which I had with thee before the world was”. Jezus vraagt dus of de Vader Hem wil verheerlijken bij of met Zichzelf, met de heerlijkheid die Hij had, toen de Heere Jezus nog bij Hem in de hemel was. En dat die twee verschillende hoedanigheden verschillend waren, blijkt ook wel uit wat er in Filip. 2 : 5 – 8 geschreven staat: “Want dat gevoelen zij in u, hetwelk ook in Christus Jezus was; Die in de gestaltenis Gods zijnde, geen roof geacht heeft Gode evengelijk te zijn; Maar heeft Zichzelf vernietigd, de gestaltenis van een dienstknecht aangenomen hebbende, en is de mensen gelijk geworden; En in gedaante gevonden als een mens, heeft Hij Zichzelf vernederd, gehoorzaam geworden zijnde tot de dood, ja, de dood des kruises”. In ieder geval zien we dat de Nieuwe-Wereldvertaling de tekst Joh. 17 : 5 enigszins anders vertaald heeft, “naast” in plaats van “bij” of “met”, om er een andere conclusie aan te kunnen verbinden. Ook al blijf je natuurlijk in dit geval wel onderscheid zien tussen de Zoon en de Vader.


Onderscheid tussen de Vader en de Zoon

Dat onderscheid is er inderdaad weldegelijk in sommige Schriftgedeelten. We hebben daarnet gelezen dat de Heere Jezus “in de gestaltenis Gods” was en dat Hij “de mensen gelijk geworden” is. Dat is ook de reden waarom Hij zowel de titel “Zoon van God” draagt, immers Hij is uit de Heilige Geest, maar ook de titel “Zoon des mensen”, omdat Hij uit Maria was. Hij was zonder zonden, omdat Hij God was. Hij had ook een menselijk lichaam, waardoor Hij kon lijden en sterven, omdat Hij mens was. In die gedaante kon Hij als Mens op aarde zeggen: “…Mijn Vader is meerder dan Ik” (Joh. 14 : 28). Maar Jezus was wel God geopenbaard in het vlees! In 1 Tim. 3 : 16 lezen we: “En buiten alle twijfel, de verborgenheid der godzaligheid is groot; God is geopenbaard in het vlees, is gerechtvaardigd in de Geest, is gezien van de engelen, is gepredikt onder de heidenen, is geloofd in de wereld, is opgenomen in heerlijkheid”. We hebben in het verleden al gezien dat diverse nieuwe vertalingen “God” uit deze tekst hebben weggehaald (NBG-’51, Groot Nieuws, Het Boek, NBV), en bijvoorbeeld zeggen: “En buiten twijfel, groot is het geheimenis der godsvrucht: Die Zich geopenbaard heeft in het vlees,…” (NBG-’51). U kunt raden wat de ‘Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift’ hiermee gedaan heeft: “Ja, het heilige geheim van deze godvruchtige toewijding is, zoals algemeen wordt erkend, groot: ’Hij werd openbaar gemaakt in het vlees, werd rechtvaardig verklaard in geest, is verschenen aan engelen, werd gepredikt onder natiën, werd geloofd in [de] wereld, werd opgenomen in heerlijkheid”. “God” is ook bij de Jehovah’s Getuigen uit deze tekst weggehaald. Geen wonder want de Jehovah’s Getuigen ontkennen de Godheid van Jezus Christus! Maar opnieuw: dit zegt wat over de situatie van al onze nieuwe vertalingen!


Hoe zit dat met de Drie-eenheid?

Natuurlijk is het voor ons mensen nooit geheel te bevatten dat de Heere Jezus aan de ene kant Mens was, en aan de andere kant toch wel degelijk God. Dit is te vergelijken met het feit dat ook wij mensen een soort drie-eenheid zijn, en toch als één mens functioneren: wij hebben een ziel, een geest en een lichaam. Gods Woord zegt in bijvoorbeeld 1 Thess. 5 : 23: “En de God des vredes Zelf heilige u geheel en al; en uw geheel oprechte geest, en ziel, en lichaam worde onberispelijk bewaard in de toekomst van onze Heere Jezus Christus”. De Heere God bestaat niet uit drie Goden! Dat is niet wat wij beweren, maar op de één of andere manier manifesteert de ENE WARE GOD, zich op drie verschillende wijzen, en toch is Hij Eén! De Heere Jezus was dus zowel Mens als God. De Heere Jezus doet dan ook op een gegeven moment in de Evangeliën een uitspraak, en die is als volgt: “En niemand is opgevaren in de hemel, dan Die uit de hemel neergekomen is, namelijk de Zoon des mensen, Die in de hemel is” (Joh. 3 : 13). De ‘Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift’ heeft daar, overigens net als de meeste van onze nieuwe vertalingen (bijv. NBG-’51, Groot Nieuws, NBV), het volgende van gemaakt: “Bovendien is geen mens tot in de hemel opgestegen, dan hij die uit de hemel is neergedaald, de Zoon des mensen”. Het “Die in de hemel is” is volledig weggelaten. Het feit dat de Heere Jezus zowel op aarde kan zijn, als tegelijkertijd in de hemel, betekent dus dat Hij niet los te zien is van God de Vader, Die Hem gezonden heeft!


Het Oude Testament openbaart: de Messias = Jehovah!

Een ander vers, waaruit blijkt dat de Heere Jezus weldegelijk God was en is, vinden we in de profetieën. In Zach. 12 : 10 lezen we: “Doch over het huis van David, en over de inwoners van Jeruzalem, zal Ik uitstorten de Geest der genade en der gebeden; en zij zullen Mij aanschouwen, Dien zij doorstoken hebben, en zij zullen over Hem rouwklagen, als met de rouwklacht over een enige zoon; en zij zullen over Hem bitter kermen, gelijk men bitter kermt over een eerstgeborene”. Dit gedeelte wordt gesproken door de Heere, zoals je kunt lezen in Zach. 12 : 1: “De last van het woord des HEEREN over Israël. De HEERE spreekt, Die de hemel uitbreidt, en de aarde grondvest, en de geest des mensen in zijn binnenste formeert”. Het woordje “Heere” is het Hebreeuwse “YHWH”, van: Jehovah! Nu spreekt Jehovah dus uit: “en zij zullen Mij aanschouwen, Dien zij doorstoken hebben”. Dit is echter een profetie van wat er met de Heere Jezus gebeurd is. Zij hebben Hem aan het kruis gehangen en doorstoken. In Joh. 19 : 34 – 37 staat geschreven: “Maar een der krijgsknechten doorstak Zijn zijde met een speer, en terstond kwam er bloed en water uit. En die het gezien heeft, die heeft het getuigd, en zijn getuigenis is waarachtig; en hij weet, dat hij zegt, wat waar is, opdat ook gij geloven moogt. Want deze dingen zijn geschied, opdat de Schrift vervuld worde: Geen been van Hem zal verbroken worden. En wederom zegt een andere Schrift: Zij zullen zien, in Wie zij gestoken hebben”. Hier zien we de vervulling van de profetie in Zach. 12 : 10. En daar zegt de Heere, daar zegt Jehovah(!): “Zij zullen Mij aanschouwen, Dien zij doorstoken hebben”. Dit is een zeer duidelijk Schriftbewijs dat Jezus Christus Dezelfde is als Jehovah, ondanks dat Zij óók, in zekere zin, verschillend zijn. Ook dit heeft het Wachttorengenootschap opgelost met haar vertaling, daar lezen we in Zach. 12 : 10 het volgende: “En ik wil over het huis van Da̱vid en over de inwoners van Jeru̱zalem de geest van gunst en smekingen uitstorten, en zij zullen stellig opzien naar Degene die zij hebben doorstoken, en zij zullen stellig over Hem weeklagen zoals bij het geweeklaag over een enige [zoon]; en er zal een bittere jammerklacht over hem zijn zoals wanneer er een bittere jammerklacht is over de eerstgeboren [zoon]”.


De NWT: "Sterke God" en "Eeuwige Vader"

En toch wordt de Heere Jezus ook in de vertaling van de Jehovah’s Getuigen “Sterke God” en “Vader der eeuwigheid” genoemd (Jes. 9 : 5). In de ‘Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift’ staat dit vers als volgt opgetekend: “Want een kind is ons geboren, een zoon is ons gegeven; en de vorstelijke heerschappij zal op zijn schouder komen. En zijn naam zal worden genoemd: Wonderbaar Raadgever, Sterke God, Eeuwige Vader, Vredevorst”. Maar hoe kan men dit rijmen dan? Men verwijst naar 1 Kor. 8 : 5 en 6 waar geschreven staat: “Want hoewel er ook zijn, die goden genaamd worden, hetzij in de hemel, hetzij op de aarde (gelijk er vele goden en vele heren zijn), Nochtans hebben wij maar één God, de Vader, uit Wie alle dingen zijn, en wij tot Hem; en maar één Heere, Jezus Christus, door Wie alle dingen zijn, en wij door Hem”. Men zegt:

“Er zijn vele goden (…). Jezus is een god in de betekenis van goddelijk, maar hij is niet de Vader” [6].


Was Jezus "een god"?

Daarom vinden we in de ‘Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift’ ook het volgende in Joh. 1 : 1: “In [het] begin was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was een god”. Terwijl daar in de Statenvertaling staat geschreven: “In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God”. Hier gaat de Nieuwe-Wereldvertaling overigens verder dan praktisch al “onze” nieuwe vertalingen! Men geeft daar als reden bij dat op andere plaatsen in de Schrift, waar dezelfde woordconstructie gebruikt wordt, ook wel vertaald wordt met “een god”, en daarom zou het juist zijn, om ook van het Woord als van “een god” te spreken. Echter in de Schriftgedeelten die men als bewijs aanhaalt, gaat het over mensen die bijv. Paulus als god zien (Hand. 28 : 6). Dan betreft het een mens, en zou het “een afgod” betreffen. Dat levert in Hand. 28 dus absoluut geen foute vertaling, wanneer er over “een god” gesproken wordt! Echter in Joh. 1 : 1 mist het lidwoord, de tekst gaat over God, en wanneer er dan “een” voor gezet wordt, verandert de betekenis weldegelijk. Overigens, letterlijk staat er in "het Grieks", nadat er over het Woord gesproken is, in Johannes 1 : 1, “en God was het (of: dit) Woord”. Er is dus geen enkele reden om hier het woordje “een” voor “God” te zetten, zelfs niet wanneer men de Griekse teksten zou gebruiken die aan de nieuwe vertalingen ten grondslag liggen [7]!


De Sterke God

De Jehovah’s Getuigen gebruiken voorgaande echter wel om te zeggen dat het in Jesaja ook over “een machtige god” gaat, en niet over “de Sterke God” [8]. In tegenstelling tot Joh. 1 : 1 laten ze de hoofdletter in Jes. 9 : 5 wel staan! Het treurige is natuurlijk dat ze de Heere Jezus eigenlijk op één lijn stellen met al die andere afgoden! Ondanks dat ook de Jehovah’s Getuigen beweren dat we de Heere Jezus nodig hebben voor onze redding. Maar daar komen we in een andere studie op terug.

Uit Jesaja blijkt overigens wel dat het in Jes. 9 : 5 niet om “een machtige God” gaat, maar gewoon om de “Sterke God” als verwijzing naar de Vader. Jes. 9 : 5 gaat over de geboorte van de Messias, Jezus Christus. En Hij krijgt de naam “Sterke God”. In Jes. 10 : 20 en 21 lezen we: “En het zal geschieden te dien dage, dat het overblijfsel van Israël, en de ontkomenen van het huis Jakobs niet meer steunen zullen op hem, die ze geslagen heeft; maar zij zullen steunen op den HEERE, de Heilige Israëls, in oprechtheid. Het overblijfsel zal weerkeren, het overblijfsel van Jakob, tot de sterke God!”. Hier openbaart God, de Heere, Jehovah(!), Zich als de “Sterke God”! Exact zoals de Zoon genoemd wordt in Jes. 9 : 5! En dat is in de NWT overigens niet anders.

En dan lezen we nog een profetie over de Messias, die met Johannes de Doper in vervulling is gegaan:  “Een stem van de roepende in de woestijn: Bereidt de weg des HEEREN, maakt recht in de wildernis een baan voor onze God!” (Jes. 40 : 3). Johannes de Doper was de wegbereider van de Heere Jezus (zie bijv. Luk. 3 : 4). Dus als hier staat dat Johannes de Doper “de weg des Heeren” bereidt, dan slaat “Heere” op de Heere Jezus! De Heere God krijgt in het Oude Testament meerdere Namen. Eén daarvan is Jehovah, een andere is Elohim. Deze beide namen worden in dit vers toegepast op de Messias Jezus Christus! “des Heeren”, dat is “van Jehovah”, en “onze God”, dat is “onze Elohim”! Jezus Christus is zowel Jehovah als God, zou je kunnen zeggen!


Vader der eeuwigheid

Jes. 9 : 5 zegt ook nog dat de Heere Jezus de Naam “Vader der eeuwigheid” krijgt, of zoals de Nieuwe-Wereldvertaling zegt: “eeuwige Vader”. Hierin zien we heel duidelijk dat de Vader en de Zoon één zijn. Toch wordt dit ook anders uitgelegd door de Jehovah’s Getuigen: De Heere Jezus wordt in de Schrift vergeleken met Adam. Adam, zonder dat de Schrift hem direct zo noemt, wordt in hun studies “onze voorvader” genoemd. Dat is op zich niet fout. Echter men bouwt hier een theorie [9] op. Adam onze voorvader wordt in de Schrift “een zoon van God”, genoemd, omdat God hem direct en perfect geschapen heeft. Hij had geen menselijke vader. Door Adam is de zonde en de dood in de wereld gekomen. En dan stellen de Jehovah’s Getuigen het volgende: Jezus had ook geen menselijke vader, en omdat Adam zondigde, hebben wij nodig:

“een nieuwe vader, die perfect is, één zoals Adam, toen hij geschapen werd. God zond zijn Zoon uit de hemel om die nieuwe Adam te zijn, en de eerste te vervangen” [10].

Jezus is dus die nieuwe vader! En door Zijn perfecte leven op te offeren maakt Hij het eeuwige leven mogelijk. En wat dat eeuwige leven inhoudt, is wat anders, dan wat wij er onder verstaan. Het heeft in ieder geval niets met geestelijk leven te maken, maar met het leven als mens op aarde in het Koninkrijk, daar komen we in een vervolgstudie op terug. Jezus is dus “een vader” als Adam, die door zijn perfecte leven en offer eeuwig leven geeft. Vandaar dat Hij ook in de leer van de Jehovah’s Getuigen volgens Jes. 9 : 5 “eeuwige Vader” genoemd wordt [11].


"En gij zult niemand uw vader noemen op de aarde..."

Echter wanneer Jezus niet Zelf God was, dan hebben de Jehovah’s Getuigen hier wel een probleem. Het zijn juist de afgodendienaars die hun priesters “vader” noemen (Richt. 17 : 10, Richt. 18 : 19). Het is ook binnen de Rooms-katholieke Kerk te vinden, waar men de Paus als “Allerheiligste Vader” dient aan te spreken. Echter het was de Heere Jezus, die zei: “En gij zult niemand uw vader noemen op de aarde; want Een is uw Vader, namelijk Die in de hemelen is” (Matth. 23 : 9). Wanneer de Heere Jezus niet God was (en is), dan mag Hij dus niet de titel “Vader der eeuwigheid” krijgen, volgens Zijn Eigen zeggen!

Het feit dat alleen God de Vader in de hemel deze titel toekomt, betekent eens te meer dat Jes. 9 : 5 het bewijs is dat Jezus Christus God is!


Jezus en aanbidding

We begonnen deze studie met een citaat waarin men stelde:

“Weer anderen geloven dat Jezus God is en aanbeden moet worden. Klopt dat?” [12].

De Jehovah’s Getuigen geloven niet dat Jezus God is. En dus geloven zij ook niet dat Jezus aanbeden moet worden. Dit blijkt ook uit hun vertaling. Daar waar in de Statenvertaling “aanbidden” gebruikt wordt in relatie tot de Heere Jezus, daar wordt dit in de Nieuwe-Wereldvertaling anders vertaald.

In de studie over de HSV zagen we dat daar ook verschillende malen het “aanbidden” was wegvertaald. Laten we eens kijken in de Nieuwe-Wereldvertaling:

Matthéüs 8 : 2,
SV:    “En ziet, een melaatse kwam, en aanbad Hem, zeggende: Heere! indien Gij wilt, Gij kunt mij reinigen.”
HSV:    “En zie, er kwam een melaatse. Die knielde voor Hem neer en zei: Heere, als U wilt, kunt U mij reinigen.”
NWT:    “En zie! er kwam een melaatse naar hem toe, die hem hulde ging brengen en zei: „Heer, als u het alleen maar wilt, kunt u mij rein maken.””

Of Matth. 20 : 20,
SV:    “Toen kwam de moeder der zonen van Zebedeus tot Hem met haar zonen, Hem aanbiddende, en begerende wat van Hem.”
HSV:    “Toen kwam de moeder van de zonen van Zebedeüs met haar zonen naar Hem toe. Zij knielde voor Hem neer om Hem iets te vragen.”
NWT:    “Toen kwam de moeder van de zonen van Zebede̱üs met haar zonen naar hem toe, bracht hem hulde en vroeg iets van hem.”

De HSV heeft dit op enkele plekken gedaan, maar de NWT gaat natuurlijk verder:

Zie bijv. Matth. 2 : 2,
SV:    “Zeggende: Waar is de geboren Koning der Joden? want wij hebben gezien Zijn ster in het Oosten, en zijn gekomen om Hem te aanbidden.”
HSV:    “en zeiden: Waar is de pasgeboren Koning van de Joden? Want wij hebben Zijn ster in het oosten gezien en zijn gekomen om Hem te aanbidden.”
NWT:    “en zeiden: „Waar is degene die als koning der joden geboren is? Want wij hebben zijn ster gezien [toen wij] in het oosten [waren], en wij zijn gekomen om hem hulde te brengen.””

Of Hebreeën 1 : 6,
SV:    “En als Hij wederom den Eerstgeborene inbrengt in de wereld, zegt Hij: En dat alle engelen Gods Hem aanbidden.”
HSV:    “En wanneer Hij vervolgens de Eerstgeborene in de wereld brengt, zegt Hij: En laten alle engelen van God Hem aanbidden.”
NWT:    “Doch wanneer hij wederom zijn Eerstgeborene de bewoonde aarde binnenleidt, zegt hij: „En al Gods engelen moeten hem hulde brengen.””

Het aanbidden van de Heere Jezus is compleet uit de Nieuwe-Wereldvertaling weggehaald!


De bronnen van de Nieuwe-Wereldvertaling

Dan nog een klein beetje achtergrond bij de Nieuwe-Wereldvertaling (NWT). We zagen al dat heel veel veranderingen in deze vertaling, niet alle maar wel veel, ook terug te vinden zijn in “onze” nieuwe vertalingen, zoals de NBG-’51, Groot Nieuws, Het Boek, de NBV en de HSV(!). Dat kan ook niet anders, want het Wachttorengenootschap heeft voor de Nieuwe-Wereldvertaling dezelfde bronnen gebruikt als men gebruikt heeft bij de andere nieuwe vertalingen.

Men heeft een uitgave van de Griekse tekst gemaakt, waarin men de vertaling ernaast gezet heeft, de zogenaamde ‘The Kingdom Interlinear Translation of the Greek Scriptures’. Daarin stelt men in het voorwoord:

“De Griekse tekst die wij hebben gebruikt als basis voor de Nieuwe-Wereldvertaling is de breed geaccepteerde Westcott en Hort-tekst (1881), vanwege zijn erkende voortreffelijkheid. Maar we hebben ook andere teksten geraadpleegd, waaronder de teksten van Eberhard Nestle, de Spaanse Jezuïeten wetenschapper José Maria Bover, en een andere Jezuiëten wetenschapper, A. Merk. De UBS tekst van 1975 en de Nestle-Aland tekst van 1979 werden geraadpleegd om het “apparaat van de kritiek” van deze eiditie bij te werken” [13].

Maar dat betekent dat de bron van deze vertaling inderdaad dezelfde is als de bron van de andere nieuwe vertalingen, en dezelfde bron als de Rooms-katholieke vertalingen van de Middeleeuwen en daarna! Het komt uit het Egyptische Alexandrië, waar men Gods Woord vermengd heeft met filosofie. De Bijbel zegt in Kol. 2 : 8 dat je dan niet bij Christus uitkomt… We hebben altijd al gezegd dat de nieuwe vertalingen de Godheid van Jezus Christus aantasten. De vertaling van de Jehovah’s Getuigen, de ‘Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift’ bewijst dit eens te meer!

Ondertussen mogen wij weten dat de Heere Jezus rechtmatig de namen “Sterke God” en “Vader der eeuwigheid” draagt!

Laten we dit deel afsluiten met 1 Joh. 5 : 20:


Doch wij weten, dat de Zoon van God gekomen is,

en ons het verstand heeft gegeven, dat wij de Waarachtige kennen;

en wij zijn in de Waarachtige, namelijk in Zijn Zoon Jezus Christus.

Deze is de waarachtige God, en het eeuwige Leven”.



[1]  ‘Wie is Jezus Christus?’, hoofdstuk 4 uit: ‘Wat leert de bijbel echt?’, bron: http://www.watchtower.org/o/bh/article_04.htm.
[2]  Idem.
[3]  ‘Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift’, bron: http://www.watchtower.org/o/bijbel/mic/chapter_005.htm.
[4]  ‘Who is Jesus Christ?’, Jehovah’s Witnesses Official Web Site, bron: http://www.watchtower.org/e/20050422/article_01.htm.
[5]  ‘Who is “the Only True God”?’ Jehovah’s Witnesses Official Web Site, bron: http://www.watchtower.org/e/20050422/article_02.htm.
[6]  ‘Those Who Are Called ‘Gods’’, Jehovah’s Witnesses Official Web Site, bron: http://www.watchtower.org/e/20050422/article_03.htm.
[7]  ‘Het wachttorengenootschap en de Godheid van de Zoon in Johannes 1 : 1’, Mike Ratliff, bron: http://www.verhoevenmarc.be/jg.htm.
[8]  ‘Those Who Are Called ‘Gods’’, Jehovah’s Witnesses Official Web Site, bron: http://www.watchtower.org/e/20050422/article_03.htm.
[9]  ‘Why He Is So Important’, Jehovah’s Witnesses Official Web Site, bron: http://www.watchtower.org/e/200612/article_02.htm.
[10] Idem.
[11] Idem.
[12] ‘Wie is Jezus Christus?’, hoofdstuk 4 uit: ‘Wat leert de bijbel echt?’, bron: http://www.watchtower.org/o/bh/article_04.htm.
[13] ‘New World Mis Translation’, Bron: http://www.youtube.com/watch?v=FU48p8s8-d4.