Wat zegt de Bijbel over ons behoud?



Inleiding

Het tot bekering komen wordt tegenwoordig vaak geleerd als: ‘Jezus aannemen, dan zijn je zonden vergeven en dan ben je met God verzoend’. Daar blijft het vaak bij. Hoe komt het echter dat er vandaag de dag onder ‘Christenen’ zo’n wereldgelijkvormigheid is? Hoe komt het dat vele ‘Christenen’ niet zeker zijn van hun behoud? Dat komt omdat men vaak niet verder komt als ‘Je moet Jezus aannemen, dan zijn je zonden vergeven’. Wat is bekering nu precies? Wat zijn de gevolgen van bekering voor mijn geloof, voor mijn leven van alle dag? Moet ik mijzelf veranderen of wordt ik veranderd door de Heere?

De Bijbel geeft namelijk veel meer aan over ons behoud. Gods Woord geeft eigenlijk door acht verschillende woorden aan wat bekering is. Wanneer we deze acht
verschillende woorden gaan bekijken, krijgen we iedere keer vanuit een andere invalshoek licht op Gods Reddingswerk. En alleen wanneer we naar deze acht verschillende woorden kijken, in het kader van Schrift met Schrift vergelijken en niet toevoegen aan en afdoen van de Schrift, zullen we volledig licht krijgen op dat Reddingswerk van God, op het behoud, de zaligheid, waardoor we de volle betekenis van het behoud leren begrijpen.

 

 

Het gaat om de volgende acht Bijbelse woorden: verlossing, wedergeboorte, toerekening, rechtvaardigmaking, aanneming, verzoening, uitverkiezing en heiligmaking. Hieronder volgt een korte beschrijving van al deze woorden. Zoals u ziet, kunt u in die beschrijving op de links klikken, en dan krijgt u een aparte studie over elk woord afzonderlijk.


Wat zegt de Bijbel over Gods Reddingswerk?

De Heere biedt de mensheid een genadegift aan in Zijn Zoon: het eeuwige leven (Rom. 6 : 23). Om de mensheid, die zichzelf aan de zonde en de vader de duivel verkocht heeft, te verlossen, heeft Hij Zijn Zoon gezonden om Zijn bloed te vergieten tot een losprijs voor allen (1 Tim. 2 : 5, 6). Wanneer wij dat hebben aangenomen, zijn wij vrijgekocht, en wat er dan met ons gebeurt, noemt de Bijbel de wedergeboorte: Wij ontvangen Zijn levende Geest, waardoor wij levend worden, terwijl Die Geest ons tevens indoopt in het Lichaam van Christus. De gelovige is een nieuw schepsel geworden (2 Kor. 5 : 17; 1 Kor. 12 : 13; Ef. 1 : 13 – 14; Tit. 3 : 5)! Vervolgens rekent God de zonde niet meer aan de gelovige toe. De zonde is aan Jezus Christus toegerekend, en Hij heeft ze weggedragen (Rom. 5 : 12 – 21; 2 Kor. 5 : 19, 1 Petr. 2 : 24). Wat God ons wel toerekent is de rechtvaardigheid van Jezus Christus. God ziet de gelovige in Jezus Christus rechtvaardig aan. De gelovige, de ziel, is dan ook voor altijd behouden (2 Kor 5 : 21; Rom. 3 : 21 – 26, 1 Kor. 3 : 15)! De gelovige is niet langer een kind van de wereld en van de zonde, maar de gelovige wordt als kind van God aangenomen (Rom. 8 : 15, 16; Gal. 4 : 4 – 6). De Engelse King James 1611 spreekt over ‘zonen Gods’, wij zullen immers gelijk worden aan Jezus Christus (1 Joh. 3 : 2). Wij zijn geen kind van de duivel meer, maar vrijgekocht, en daardoor is de relatie met de Vader hersteld, wij zijn met God verzoend! De gelovige heeft vrede met God. Als zonen Gods kunnen we vrij tot de Vader gaan. In Christus heeft de Vader de gelovige uitverkoren! Dit houdt in dat de Vader voor de grondlegging der wereld bepaald heeft, dat een ieder, die Zijn Zoon aanneemt, aangenomen wordt als kind van God en op grond daarvan recht op een erfenis heeft (eeuwig leven/Zijn Zoon gelijkvormig worden/loon en kroon i.v.m. meeregeren) (Ef. 1 : 5, 11; Joh. 1 : 12 – 13; Rom. 8 : 29 – 30). Omdat de Heere ons duur gekocht heeft, vraagt Hij de gelovige tot eer van Zijn Naam te leven, om zijn lichaam, het vlees, in onderwerping te brengen aan Zijn Geest. In ons vlees woont niets goeds, en dat kan ons iedere keer nog weer tot zonde aanzetten. Wanneer wij iedere keer weer de keuze maken om te wandelen door de Geest, dan leidt dat tot een heiligmaking gestuurd door de Heere Zelf! (Rom. 12 : 1 – 2; Gal. 5 : 22 – 26; 1 Thess. 4 : 1 – 7; 1 Joh. 1 : 8 – 10). Op grond daarvan kunnen wij dan ook nog eens loon en kroon verdienen (1 Kor. 3), kunnen wij het verdienen om mee te regeren in Zijn Koninkrijk (2 Tim. 2 : 11 – 13).

Zo ziet u alle aspecten van de Nieuw Testamentische redding op een rijtje. Er is niet één enkel woord dat die redding in zijn geheel kan beschrijven. Elk woord van die acht Bijbelse woorden, die wij behandeld hebben, (wedergeboorte, verlossing, verzoening, aanneming, toerekening, rechtvaardigmaking, heiligmaking (maar ook uitverkiezing)) geeft op zichzelf rijke informatie over onze redding. De Heilige Geest geeft niet minder dan acht verschillende woorden om gelovigen te laten zien wat zij in Jezus Christus hebben ontvangen!

Dit is niet alleen belangrijk om zelf de rijkdom ervan te mogen inzien, maar tevens om medemensen, medegelovigen, te kunnen helpen! Veel mensen zijn er namelijk helemaal niet zeker van dat zij behouden zijn. Hoeveel mensen denken dat ze vandaag de dag door goed doen hun plaatsje in de hemel moeten verdienen? Wanneer wij deze dingen vanuit Gods Woord op een rijtje hebben, mogen we de mensen de Schrift laten zien, door Schrift met Schrift te vergelijken, dat we ons behoud niet verdienen, maar dat we de redding aangeboden krijgen! Tevens kunnen we laten zien dat we vervolgens wel iets kunnen verdienen, wat echter niets te maken heeft met behoud, maar wel met loon en kroon! Wanneer wij ons leven stellen tot eer van de Heere, dan zullen wij naast ons behoud ook nog eens beloond worden!

Tenslotte kunnen we ons nog de vraag stellen: Worden ALLE MENSEN behouden?